De afgelopen weken hebben jullie getraind op het netspel. Je komt vooral bij een dubbelwedstrijd aan het net, maar ook voor een enkelwedstrijd kan het een goede tactiek zijn.
Daarom was dit een geschikt (en volgens velen ook een leuk) trainingsonderdeel van de afgelopen weken.
Volleys: veel benen, minder armactie
Een goede volley oogt misschien wat saai: weinig zwaai en heel rechttoe rechtaan.
Dit werkt heel effectief, omdat je aan het net niet veel reactietijd krijgt. Een korte en felle beweging, waarbij je goed met je benen door de bal heen stapt, is dan erg belangrijk.
Je hebt zelden tijd voor een voorbeweging en dat is de reden dat een achterzwaai niet de bedoeling is bij een volley. Daarom houd je je ellebogen voor je lichaam.
In deze oefening is een achterzwaai bijna onmogelijk.
Welke greep is handig voor de volley?
Aan het net is de tussengreep het meest aan te raden. Dit is de ‘hamergreep’ waarbij je je racket meer bovenop vasthebt.
Een aantal voordelen hiervan:
- Deze grip kan je zowel gebruiken bij de forehand als backhandvolley en ook bij de smash. Aangezien je weinig reactietijd hebt aan het net, is dat makkelijk.
- Met een tussengreep ga je de volley meer schuiven vanuit je onderarm. Het is minder makkelijk om hard te rammen, een valkuil die er vaak is wanneer iemand een lossere greep heeft zoals de forehandgreep aan het net.
- Door de tussengreep staat je racket wat hoger boven je pols. Dit is fijner bij lage raakpunten aan het net.